Lijst met woorden van 10 letters bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vierde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 18 woorden van tien letters bevattend met CIP

anticipeer  cipiertjes  concipieer  decipascal  discipelen  discipline  emancipeer  municipaal  occipitaal  participia  percipieer  principaal  principaat  principale  recipieert  recipiëren  reciproque  vélocipède

35 definities gevonden

• anticipeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van anticiperen. — w. Gebiedende wijs van anticiperen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van anticiperen.
• cipiertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord cipier.
• concipieer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van concipiëren. — w. Gebiedende wijs van concipiëren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van concipiëren.
• decipascal — n. (Natuurkunde), (eenheid) een eenheid voor druk, gelijk aan…
• discipelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord discipel.
• discipline — n. Gehoorzaamheid aan voorschriften, bevelen of regels. — n. Tak van wetenschap, kunst of sport.
• emancipeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van emanciperen. — w. Gebiedende wijs van emanciperen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van emanciperen.
• municipaal — bijv. Betrekking hebbend op de gemeente of gemeenteraad.
• occipitaal — bijv. (Anatomie) met betrekking tot de achterkant van het hoofd…
• participia — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord participium.
• percipieer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van percipiëren. — w. Gebiedende wijs van percipiëren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van percipiëren.
• principaal — n. Volmachtgever. — n. (België) chef, superieur, schoolhoofd (directeur). — bijv. Voornaamst, belangrijkst.
• principaat — n. Het prins zijn. — n. Het gebied waarover de prins regeert. — n. Primaatschap.
• principale — n. Datief mannelijk van principaal, archaïsche vorm die in enkele…
• recipieert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van recipiëren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van recipiëren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van recipiëren.
• recipiëren — w. Voorbereid gelijktijdig ontvangen van een groot aantal gasten…
• reciproque — bijv. (Wiskunde), (natuurkunde) een dimensie bezittend die de… — bijv. (Taalkunde) wederkerig, wederzijds.
• vélocipède — n. Aanduiding voor de vroege modellen van de fiets. — n. (Verouderd) fiets.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 98 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 121 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: 114 woorden
• Italiaans WikiWoordenboek: 76 woorden
• Duits WikiWoordenboek: 1 woord
• Portugees WikiWoordenboek: 36 woorden

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.