Lijst met woorden van 11 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 21 woorden van elf letters bevattend met CHIKaanschikken aanschikten beschikbaar beschikkend beschikking beschik␣voor chikungunya herschikken herschikten inschikkend kwaadschiks onderschikt opschikkend rangschikte schikken␣aan schikkingen schikkinkje schikten␣aan verschikken verschikten voorbeschik 27 definities gevonden- aanschikken — w. Ergatief aan tafel plaatsnemen. — w. Dichter bij elkaar gaan zitten.
- aanschikten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aanschikken.
- beschikbaar — bijv. Waarover beschikt kan worden, voorhanden.
- beschikkend — w. Onvoltooid deelwoord van beschikken.
- beschikking — n. De macht om over iets te beschikken. — n. (Juridisch) een besluit dat iets wettelijk of juridisch regelt.
- beschik␣voor — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbeschikken. — w. Gebiedende wijs van voorbeschikken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
- chikungunya — n. (Medisch) een virusziekte die wordt veroorzaakt door het Chikungunya-virus…
- herschikken — w. Overgankelijk een nieuwe volgorde geven, opnieuw samenstellen.
- herschikten — w. Meervoud verleden tijd van herschikken.
- inschikkend — w. Onvoltooid deelwoord van inschikken.
- kwaadschiks — bijw. Op een niet-constructieve, niet-coöperatieve manier.
- onderschikt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderschikken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderschikken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van onderschikken.
- opschikkend — w. Onvoltooid deelwoord van opschikken.
- rangschikte — w. Enkelvoud verleden tijd van rangschikken.
- schikken␣aan — w. Meervoud tegenwoordige tijd van aanschikken.
- schikkingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schikking.
- schikkinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schikking.
- schikten␣aan — w. Meervoud verleden tijd van aanschikken.
- verschikken — w. Kleding over het lichaam verschuiven.
- verschikten — w. Meervoud verleden tijd van verschikken.
- voorbeschik — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
Zie deze lijst voor:
|