|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 10 11 12 13 14 15 16 18 19
Er zijn 20 woorden bevattend met CHAAKSschaakspel schaakster schaakstuk —— schaaksport schaaksters —— schaakspelen schaakstukje —— schaakspellen schaaksporten schaakstertje schaakstukjes schaakstukken zakschaakspel —— schaakstertjes —— schaakspelletje zakschaakspelen —— schaakspelletjes zakschaakspellen —— zakschaakspelletje —— zakschaakspelletjes 20 definities gevonden- schaakspel — n. (Sport), (schaak) een spel met verschillende stukken op een schaakbord.
- schaakster — n. (Beroep) (sport) (spel) vrouwelijke vorm van schaker, vrouw die schaakt.
- schaakstuk — n. Een onderdeel van het schaken dat over het schaakbord bewogen wordt.
- schaaksport — n. (Sport), (spel), een spel met verschillende stukken op een schaakbord.
- schaaksters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakster.
- schaakspelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakspel.
- schaakstukje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schaakstuk.
- schaakspellen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakspel.
- schaaksporten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schaaksport.
- schaakstertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schaakster.
- schaakstukjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakstuk.
- schaakstukken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakstuk.
- zakschaakspel — n. Een schaakspel in zakformaat waarop men de stukken op het bord…
- schaakstertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakster.
- schaakspelletje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schaakspel.
- zakschaakspelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zakschaakspel.
- schaakspelletjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord schaakspel.
- zakschaakspellen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zakschaakspel.
- zakschaakspelletje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zakschaakspel.
- zakschaakspelletjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord zakschaakspel.
| |