Lijst met woorden van 6 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vierde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden van zes letters bevattend met ESPafgesp bespan bespat bespot bespuw espada Espens esprit gesp␣af gespan gespen gespin gespje gesp␣om gespte hespen hespje kespen omgesp vesper wespen wespje 37 definities gevonden- afgesp — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgespen. — w. Gebiedende wijs van afgespen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgespen.
- bespan — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespannen. — w. Gebiedende wijs van bespannen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespannen.
- bespat — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van bespatten#gebiedende wijs van bespatten.
- bespot — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van bespotten#gebiedende wijs van bespotten.
- bespuw — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespuwen. — w. Gebiedende wijs van bespuwen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bespuwen.
- espada — n. (Beroep) (Spanje) iemand die in een ritueel evenement met een…
- Espens — eig. Genitief van Espen.
- esprit — n. Geestigheid, spitsvondigheid. — n. Korpsgeest, saamhorigheidsgevoel. — n. Ziel.
- gesp␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgespen. — w. Gebiedende wijs van afgespen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afgespen.
- gespan — n. Twee of meer trekdieren die samen zijn aangespannen. — n. Deel van een houten dakconstructie (trekbalk en sporen).
- gespen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord gesp.
- gespin — n. Het voortdurend een zacht snorrend geluid gemaakt door een tevreden poes.
- gespje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord gesp.
- gesp␣om — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omgespen. — w. Gebiedende wijs van omgespen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omgespen.
- gespte — w. Enkelvoud verleden tijd van gespen.
- hespen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hesp.
- hespje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hesp.
- kespen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kesp.
- omgesp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omgespen.
- vesper — n. Zevende en voorlaatste getijde van de dag tussen none en completen. — n. (Religie) avonddienst. — n. Avondster.
- wespen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord wesp.
- wespje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord wesp.
Zie deze lijst voor:
|