Lijst met woorden van 8 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 24 woorden van acht letters bevattend met EISTafeisten atheïste breister eisten␣af eisten␣op heisters heistert isoseist kapseist keisteen kopseist leisteen meereist opeisten pleister reistijd reist␣mee roeister teistert theïsten vereiste verreist vleister Zeistsen 42 definities gevonden- afeisten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van afeisen.
- atheïste — n. Vrouwelijke vorm van atheïst.
- breister — n. (Huishouden) vrouw die breit.
- eisten␣af — w. Meervoud verleden tijd van afeisen.
- eisten␣op — w. Meervoud verleden tijd van opeisen.
- heisters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord heister.
- heistert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heisteren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heisteren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van heisteren.
- isoseist — n. (Seismologie) een gesloten kromme die punten van gelijke aarbevingsintensiteit…
- kapseist — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kapseizen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kapseizen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van kapseizen.
- keisteen — n. Stuk natuursteen, meer in het bijzonder: een stuk vuursteen. — n. (Materiaalkunde) soortnaam voor gesteente (geen verkleinwoord of meervoud).
- kopseist — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kopseizen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kopseizen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van kopseizen.
- leisteen — n. (Geologie) een blauwgrijze gesteente ontstaan door de metamorfose… — n. Een plat stuk van dit gesteente, synoniem met lei.
- meereist — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meereizen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meereizen.
- opeisten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opeisen.
- pleister — n. O kalkmengsel om te gieten of muren mee te besmeren. — n. V/m dun velletje dat op de huid geplakt wordt, ter bescherming… — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pleisteren.
- reistijd — n. Tijd die nodig is om een bestemming te bereiken.
- reist␣mee — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meereizen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meereizen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van meereizen.
- roeister — n. (Beroep) (sport) een vrouw die de roeisport als sport beoefend.
- teistert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teisteren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teisteren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van teisteren.
- theïsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord theïst.
- vereiste — n. Datgene waar men niet buiten kan. — w. Enkelvoud verleden tijd van vereisen.
- verreist — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verreisen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verreisen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verreisen.
- vleister — n. Vrouw die (onoprechte) complimenten maakt om bij iemand in de gunst te komen.
- Zeistsen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord Zeistse.
Zie deze lijst voor:
|