Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  7  8  9  10  11  12  13  14  15  17  18

Er zijn 23 woorden bevattend met EKEI

nekeive  ——  nekeives  weekeind  ——  weekeinde  weekeindt  ——  weekeindde  weekeinden  weekeindes  weekeindje  ——  streekeigen  weekeindden  weekeindend  weekeindjes  ——  streekeigene  ——  paasweekeinde  ——  kerstweekeinde  paasweekeinden  paasweekeindes  ——  kerstweekeinden  kerstweekeindes  ——  pinksterweekeinde  ——  pinksterweekeinden  pinksterweekeindes

28 definities gevonden

• nekeive — n. (Jiddisch-Hebreeuws) vrouwspersoon.
• nekeives — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord nekeive.
• weekeind — n. (Tijdrekening) periode van vrijdagavond tot en met zondagnacht. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weekeinden. — w. Gebiedende wijs van weekeinden.
• weekeinde — n. (Tijdrekening) periode van vrijdagavond tot en met zondagnacht.
• weekeindt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weekeinden. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weekeinden. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van weekeinden.
• weekeindde — w. Enkelvoud verleden tijd van weekeinden.
• weekeinden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord weekeinde#meervoud van…
• weekeindes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord weekeinde#meervoud van…
• weekeindje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord weekeinde#verkleinwoord…
• streekeigen — bijv. Betrekking hebbend op de aard en de tradities van een bepaalde streek.
• weekeindden — w. Meervoud verleden tijd van weekeinden.
• weekeindend — w. Onvoltooid deelwoord van weekeinden.
• weekeindjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord weekeinde#verkleinwoord…
• streekeigene — n. Het eigene van een streek.
• paasweekeinde — n. Periode van paaszaterdag tot en met tweede paasdag.
• kerstweekeinde — n. (Kerst) Kerstmis dat op een weekend valt. — n. (Kerst) een weekeinde dat nabij de kerstdagen ligt.
• paasweekeinden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord paasweekeinde.
• paasweekeindes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord paasweekeinde.
• kerstweekeinden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kerstweekeinde.
• kerstweekeindes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kerstweekeinde.
• pinksterweekeinde — n. Het lange weekend van Pinksteren.
• pinksterweekeinden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pinksterweekeinde.
• pinksterweekeindes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pinksterweekeinde.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 5 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 3 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: 43 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.