|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 14 15 16 18 19 20
Er zijn 24 woorden bevattend met EDOELbedoel bedoeld bedoelde bedoelden bedoelen bedoelend bedoelende bedoeling bedoelingen bedoelinkje bedoelinkjes bedoelt bijbedoeling bijbedoelingen bijbedoelinkje bijbedoelinkjes communicatiedoel communicatiedoelen communicatiedoeltje communicatiedoeltjes goedbedoeld onbedoeld reductiedoel reductiedoelen 33 definities gevonden- bedoel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedoelen. — w. Gebiedende wijs van bedoelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedoelen.
- bedoeld — bijv. Wat men wilde bereiken of uitdrukken. — bijw. Goed- of slecht~ met goede of slechte intenties, maar omgekeerd…
- bedoelde — w. Enkelvoud verleden tijd van bedoelen. — w. Verbogen vorm van bedoeld, voltooid deelwoord van bedoelen.
- bedoelden — w. Meervoud verleden tijd van bedoelen.
- bedoelen — w. Met een woord of toespeling iets of iemand aanduiden of proberen… — w. Overgankelijk iets met een bepaald oogmerk doen.
- bedoelend — w. Onvoltooid deelwoord van bedoelen.
- bedoelende — w. Verbogen vorm van bedoelend, het onvoltooid deelwoord van bedoelen.
- bedoeling — n. Het doel van een actie, dat wat men wil gaan doen of wil bereiken. — n. De zin of strekking.
- bedoelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bedoeling.
- bedoelinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bedoeling.
- bedoelinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bedoeling.
- bedoelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedoelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bedoelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van bedoelen.
- bijbedoeling — n. Een andere heimelijke bedoeling naast die degene die men aangeeft.
- bijbedoelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bijbedoeling.
- bijbedoelinkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bijbedoeling.
- bijbedoelinkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bijbedoeling.
- communicatiedoel — n. Wat je met informatieoverdracht wilt bereiken.
- communicatiedoelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord communicatiedoel.
- communicatiedoeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord communicatiedoel.
- communicatiedoeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord communicatiedoel.
- goedbedoeld — bijv. Met goede bedoeling(en) gedaan. — bijw. Met goede intenties.
- onbedoeld — bijv. Onopzettelijk.
- reductiedoel — n. Eindwaarde die men wil bereiken bij een vermindering van iets.
- reductiedoelen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord reductiedoel.
| |