|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12
Er zijn 21 woorden bevattend met EIBELheibel seibel —— heibels seibelt —— beseibel seibelde seibelen sereibel —— beseibelt heibeltje seibelaar seibelden seibelend —— beseibelde beseibelen heibeltjes seibelaars seibelende —— beseibelden beseibelend —— beseibelende 31 definities gevonden- heibel — n. (Jiddisch-Hebreeuws) ruzie.
- seibel — n. (Jiddisch-Hebreeuws) zwendel, inferieure waar. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van seibelen. — w. Gebiedende wijs van seibelen.
- heibels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord heibel.
- seibelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van seibelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van seibelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van seibelen.
- beseibel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beseibelen. — w. Gebiedende wijs van beseibelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beseibelen.
- seibelde — w. Enkelvoud verleden tijd van seibelen.
- seibelen — w. (Jiddisch-Hebreeuws) knoeien. — w. (Jiddisch-Hebreeuws) zeuren.
- sereibel — n. (Jiddisch-Hebreeuws) ongeluk, ellende.
- beseibelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beseibelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van beseibelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van beseibelen.
- heibeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord heibel.
- seibelaar — n. (Jiddisch-Hebreeuws) knoeier. — n. (Jiddisch-Hebreeuws) zeurpiet.
- seibelden — w. Meervoud verleden tijd van seibelen.
- seibelend — w. Onvoltooid deelwoord van seibelen.
- beseibelde — w. Enkelvoud verleden tijd van beseibelen.
- beseibelen — w. (Jiddisch-Hebreeuws) bedriegen, erin laten lopen.
- heibeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord heibel.
- seibelaars — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord seibelaar.
- seibelende — w. Verbogen vorm van seibelend, het onvoltooid deelwoord van seibelen.
- beseibelden — w. Meervoud verleden tijd van beseibelen.
- beseibelend — w. Onvoltooid deelwoord van beseibelen.
- beseibelende — w. Verbogen vorm van beseibelend, het onvoltooid deelwoord van beseibelen.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 12 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 2 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 158 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |