|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 8 9 10 11 12 13
Er zijn 23 woorden bevattend met ESCALmescal —— escaleer escalope —— escalatie escaleert escaleren escalopes mescaline —— de-escaleer escalaties escaleerde escalerend mescalines —— de-escalatie de-escaleert de-escaleren escaleerden escalerende —— de-escalaties de-escaleerde de-escalerend —— de-escaleerden de-escalerende 34 definities gevonden- mescal — n. (Plantkunde) (drinken) sterkedrank, bereid uit de agave.
- escaleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren. — w. Gebiedende wijs van escaleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren.
- escalope — n. (Voeding) dunne lap vlees als eenmansportie.
- escalatie — n. Het van stap tot stap ernstiger worden van een conflictsituatie.
- escaleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van escaleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van escaleren.
- escaleren — w. Ergatief stapsgewijs toenemen in omvang, intensiteit, uit de hand lopen. — w. Overgankelijk heviger maken. — w. Overgankelijk ter beslechting voordragen aan hogergeplaatsten.
- escalopes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord escalope.
- mescaline — n. (Scheikunde) hallucinogeen middel gewonnen uit de peyotecactus…
- de-escaleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren. — w. Gebiedende wijs van de-escaleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren.
- escalaties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord escalatie.
- escaleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van escaleren.
- escalerend — w. Onvoltooid deelwoord van escaleren.
- mescalines — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord mescaline.
- de-escalatie — n. Getrapte vermindering.
- de-escaleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van de-escaleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van de-escaleren.
- de-escaleren — w. Overgankelijk (een geschil) minder hevig doen worden. — w. Ergatief minder hevig worden.
- escaleerden — w. Meervoud verleden tijd van escaleren.
- escalerende — w. Verbogen vorm van escalerend, het onvoltooid deelwoord van escaleren.
- de-escalaties — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord de-escalatie.
- de-escaleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van de-escaleren.
- de-escalerend — w. Onvoltooid deelwoord van de-escaleren.
- de-escaleerden — w. Meervoud verleden tijd van de-escaleren.
- de-escalerende — w. Verbogen vorm van de-escalerend, het onvoltooid deelwoord van de-escaleren.
Zie deze lijst voor:
| |