|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden bevattend met EENENTWeenentwintig eenentwintigde eenentwintigden eenentwintigduizend eenentwintigen eenentwintigend eenentwintigende eenentwintighoek eenentwintighoeken eenentwintigjarig eenentwintigjarige eenentwintigjarigen eenentwintigje eenentwintigjes eenentwintigs eenentwintigste eenentwintigste-eeuwer eenentwintigste-eeuws eenentwintigt honderdeenentwintig honderdeenentwintigje honderdeenentwintigs honderdeneenentwintig 31 definities gevonden- eenentwintig — num. "21", het getal tussen twintig en tweeëntwintig, twintig plus een. — n. Dat wat in een (rang)ordening met 21 is aangeduid. — n. Groep van 21 eenheden.
- eenentwintigde — w. Enkelvoud verleden tijd van eenentwintigen.
- eenentwintigden — w. Meervoud verleden tijd van eenentwintigen.
- eenentwintigduizend — num. 21.000.
- eenentwintigen — w. Inergatief (kaartspel) kaartspel waarbij men door kaarten bij…
- eenentwintigend — w. Onvoltooid deelwoord van eenentwintigen.
- eenentwintigende — w. Verbogen vorm van eenentwintigend, het onvoltooid deelwoord…
- eenentwintighoek — n. (Meetkunde) meetkundige figuur met eenentwintig hoeken.
- eenentwintighoeken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord eenentwintighoek.
- eenentwintigjarig — bijv. 21 jaren durend. — bijv. Met de leeftijd van 21 jaar.
- eenentwintigjarige — n. Levend wezen dat 21 jaar oud is of iets dat 21 jaar bestaat.
- eenentwintigjarigen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord eenentwintigjarige.
- eenentwintigje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord eenentwintig.
- eenentwintigjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord eenentwintig.
- eenentwintigs — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord eenentwintig.
- eenentwintigste — num. Nummer eenentwintig in een rij. — num. Gedeeld door eenentwintig.
- eenentwintigste-eeuwer — n. Iemand die in de eenentwintigste eeuw heeft geleefd.
- eenentwintigste-eeuws — bijv. Betrekking hebbend op de jaren 2001-2100.
- eenentwintigt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van eenentwintigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van eenentwintigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van eenentwintigen.
- honderdeenentwintig — num. "121", het getal tussen honderdtwintig en honderdtweeëntwintig… — n. Dat wat in een (rang)ordening met 121 is aangeduid. — n. Groep van 121 eenheden.
- honderdeenentwintigje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord honderdeenentwintig.
- honderdeenentwintigs — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord honderdeenentwintig.
- honderdeneenentwintig — num. "121", langere vorm van honderdeenentwintig, honderd plus eenentwintig.
| |