|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 11 12 13 14 15 16
Er zijn 15 woorden bevattend met EGELIJKdegelijk gevoegelijk iegelijk maakte␣gelijk oerdegelijk ontiegelijk onwelgevoegelijk richtte␣gelijk schakelde␣gelijk speelde␣gelijk stelde␣gelijk stemde␣gelijk tegelijk tegelijkertijd zette␣gelijk 21 definities gevonden- degelijk — bijv. Goed tegen een stootje kunnend, niet snel kapot gaand. — bijv. (Van personen) eerlijk, oprecht, net in zijn manieren, saai.
- gevoegelijk — bijv. Passend, betamelijk, behoorlijk. — bijw. Zonder probleem, zonder dat je de waarheid geweld aandoet.
- iegelijk — voorn. Ieder, elk.
- maakte␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkmaken.
- oerdegelijk — bijv. Heel erg steving; niet makkelijk kapot gaand. — bijv. Heel eerlijk en daardoor ook wel een beetje saai.
- ontiegelijk — bijv. In zeer hoge mate aanwezig. — bijw. In zeer hoge mate.
- onwelgevoegelijk — bijv. Niet netjes of beleefd; niet zoals het hoort.
- richtte␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkrichten.
- schakelde␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkschakelen.
- speelde␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkspelen.
- stelde␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkstellen.
- stemde␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkstemmen.
- tegelijk — bijw. Op hetzelfde moment. — bijw. In dezelfde periode. — bijw. Tevens.
- tegelijkertijd — bijw. Op hetzelfde moment, gelijktijdig.
- zette␣gelijk — w. Enkelvoud verleden tijd van gelijkzetten.
| |