Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13
Er zijn 19 woorden bevattend met FLAKKERflakker —— flakkert —— flakkerde flakkeren flakker␣op opflakker —— flakkerden flakkerend flakkert␣op opflakkert —— flakkerde␣op flakkerende flakkeren␣op opflakkerde opflakkeren —— flakkerden␣op opflakkerden opflakkerend —— opflakkerende 32 definities gevonden- flakker — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van flakkeren. — w. Gebiedende wijs van flakkeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van flakkeren.
- flakkert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van flakkeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van flakkeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van flakkeren.
- flakkerde — w. Enkelvoud verleden tijd van flakkeren.
- flakkeren — w. Onrustig branden met grote en dan weer kleine vlammen en de… — w. (Figuurlijk) zwakjes nog aanwezig zijn maar kan makkelijk gedoofd worden.
- flakker␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren. — w. Gebiedende wijs van opflakkeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren.
- opflakker — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren.
- flakkerden — w. Meervoud verleden tijd van flakkeren.
- flakkerend — w. Onvoltooid deelwoord van flakkeren. — bijv. Op een onregelmatige manier branden en lichtgeven.
- flakkert␣op — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van opflakkeren.
- opflakkert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opflakkeren.
- flakkerde␣op — w. Enkelvoud verleden tijd van opflakkeren.
- flakkerende — w. Verbogen vorm van flakkerend, het onvoltooid deelwoord van flakkeren.
- flakkeren␣op — w. Meervoud tegenwoordige tijd van opflakkeren.
- opflakkerde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opflakkeren.
- opflakkeren — w. Plotseling weer heftig gaan branden. — w. Vanuit een rustige situatie weer heel actief worden, met name…
- flakkerden␣op — w. Meervoud verleden tijd van opflakkeren.
- opflakkerden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opflakkeren.
- opflakkerend — w. Onvoltooid deelwoord van opflakkeren. — bijv. Steeds weer opnieuw gaan branden of oplichten.
- opflakkerende — w. Verbogen vorm van opflakkerend, het onvoltooid deelwoord van opflakkeren.
|