|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een achtste letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 10 11 12 13 14 15 20
Er zijn 19 woorden bevattend met FLUWEELbosfluweelzweefvlieg fluweel fluweelachtig fluweelbomen fluweelboom fluweelboompje fluweelboompjes fluweelgras fluweelpootje fluweelpootjes fluweeltangare fluweeltangares fluweeltje fluweeltjes fluweelzacht grijze␣fluweelgalwesp ribfluweel ribfluweeltje ribfluweeltjes 19 definities gevonden- bosfluweelzweefvlieg — n. (Tweevleugeligen) Parhelophilus frutetorum een vliegensoort…
- fluweel — n. (Kleding) een zachte, fijngeweven stof, waarbij rechtopstaande…
- fluweelachtig — bijv. Lijkend op of eigenschappen hebbend van fluweel.
- fluweelbomen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluweelboom.
- fluweelboom — n. (Plantkunde) Rhus typhina plant uit de pruikenboomfamilie Anacardiaceae.
- fluweelboompje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fluweelboom.
- fluweelboompjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord fluweelboom.
- fluweelgras — n. (Plantkunde)Digitaria horizontalis ; een grassoort die o.a…
- fluweelpootje — n. (Voeding) (schimmels) Flammulina velutipes een klein eetbaar…
- fluweelpootjes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluweelpootje.
- fluweeltangare — n. (Vogels) Ramphocelus carbo , een in Suriname veel voorkomende…
- fluweeltangares — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord fluweeltangare.
- fluweeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fluweel.
- fluweeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord fluweel.
- fluweelzacht — bijv. Bijzonder zacht, zo zacht als fluweel.
- grijze␣fluweelgalwesp — n. (Vliesvleugeligen) Cynips longiventris een insect uit de familie…
- ribfluweel — n. (Kleding) katoenen, geweven stof met ribbels.
- ribfluweeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord ribfluweel.
- ribfluweeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord ribfluweel.
| |