Lijst met woorden van 10 letters bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 24 woorden van tien letters bevattend met HOTELasschotels dagschotel hotelbazen hotelbedje hotelbrand hotelkamer hotelketen hotelletje hotellobby hotelsuite hoteltoren hotelwezen kraamhotel luxehotels peeshotels schotelden schotelend schotelrek schoteltje schotelvod slaschotel visschotel zakenhotel zorghotels 25 definities gevonden- asschotels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord asschotel.
- dagschotel — n. (Voeding) buiten de vaste kaart per dag verschillend, compleet…
- hotelbazen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hotelbaas.
- hotelbedje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hotelbed.
- hotelbrand — n. Vuur dat delen verteert van een gebouw waar reizigers onderdak…
- hotelkamer — n. Een kamer die voor gasten per nacht te huur is in een hotel.
- hotelketen — n. Een bedrijf dat meerdere hotels onder dezelfde naam exploiteert.
- hotelletje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord hotel.
- hotellobby — n. De ontvangstruimte van een hotel bij de hotelingang.
- hotelsuite — n. Een ruime hotelkamer met zithoek.
- hoteltoren — n. Hoog en smal gebouw dat men als hotel gebruikt.
- hotelwezen — n. Alles wat te maken heeft met het bedrijf van hotels in een land of gebied.
- kraamhotel — n. (Medisch) instelling waar een vrouw die niet thuis kan of wil…
- luxehotels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord luxehotel.
- peeshotels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord peeshotel.
- schotelden — w. Meervoud verleden tijd van schotelen.
- schotelend — w. Onvoltooid deelwoord van schotelen.
- schotelrek — n. Rek waar schotels in of op kunnen worden geplaatst.
- schoteltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord schotel.
- schotelvod — n. (Huishouden) vaatdoek.
- slaschotel — n. (Voeding) gerecht met als hoofdbestanddeel sla en/of rauwe…
- visschotel — n. (Voeding) gerecht met of van vis. — n. (Huishouden) schotel voor vis.
- zakenhotel — n. Een hotel dat zich vooral richt op een publiek van zakenlieden.
- zorghotels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zorghotel.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 16 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 20 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 25 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: 2 woorden
|