Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 10 11 12 14 16 17 18 19 20 21
Er zijn 22 woorden bevattend met HUISARbinnenhuisarchitect binnenhuisarchitecte binnenhuisarchitecten binnenhuisarchitectes huisarrest huisarresten huisarts huisartsen huisartsenopleiding huisartsenopleidingen huisartsenpost huisartsenposten huisartsenpostje huisartsenpostjes huisartsenpraktijk huisartsenpraktijken huisartsje huisartsjes huisartspraktijk huisartspraktijken ziekenhuisarts ziekenhuisartsen 24 definities gevonden- binnenhuisarchitect — n. (Beroep) iemand die de inrichting van een gebouw ontwerpt.
- binnenhuisarchitecte — n. (Beroep) vrouwelijke vorm van binnenhuisarchitect.
- binnenhuisarchitecten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord binnenhuisarchitect.
- binnenhuisarchitectes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord binnenhuisarchitecte.
- huisarrest — n. (Juridisch) een strafbepaling waarbij iemand verboden wordt…
- huisarresten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisarrest.
- huisarts — n. (Medisch) (beroep) een arts die de eerste lijn van opvang vormt…
- huisartsen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisarts.
- huisartsenopleiding — n. (Onderwijs), (medisch) medische opleiding van 3 jaar na het…
- huisartsenopleidingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisartsenopleiding.
- huisartsenpost — n. Grootschaliger samenwerking van huisartsen voor het verzorgen… — n. Dokterswacht.
- huisartsenposten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisartsenpost.
- huisartsenpostje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord huisartsenpost.
- huisartsenpostjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord huisartsenpost.
- huisartsenpraktijk — n. Een gebouw of deel van een gebouw waar een of meer huisartsen werken.
- huisartsenpraktijken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisartsenpraktijk.
- huisartsje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord huisarts.
- huisartsjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord huisarts.
- huisartspraktijk — n. Gebouw of ruimte waar een huisarts werkt. — n. Hoe zaken gaan tijdens het beoefenen van het huisartsenvak.
- huisartspraktijken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huisartspraktijk.
- ziekenhuisarts — n. (Medisch) (beroep) een medicus die verbonden is aan een ziekenhuis.
- ziekenhuisartsen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord ziekenhuisarts.
|