Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Er zijn 22 woorden bevattend met INRIJinrij —— inrijd inrijg —— inrijdt inrijgt zinrijk —— inrijdam inrijden inrijgen —— inrijdend inrijgend —— inrijdende inrijgende —— inrijdammen —— treinrijtuig —— anti-inrijpaal inrijdammetje —— anti-inrijpalen inrijdammetjes treinrijtuigen treinrijtuigje —— treinrijtuigjes 28 definities gevonden- inrij — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijden.
- inrijd — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijden.
- inrijg — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijgen.
- inrijdt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijden. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijden.
- inrijgt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijgen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inrijgen.
- zinrijk — bijv. Van iets dat het nuttig en betekenisvol is.
- inrijdam — n. Een smal stuk grond in een watergang (sloot) om op een stuk…
- inrijden — w. Overgankelijk rijdend ingaan, binnenkomen. — w. Overgankelijk voorzichtig rijden met iets en het zo geschikt… — w. Overgankelijk ~ op: expres aanrijden.
- inrijgen — w. Overgankelijk in iets anders rijgen. — w. Overgankelijk met een rijgdraad nauwer maken.
- inrijdend — w. Onvoltooid deelwoord van inrijden.
- inrijgend — w. Onvoltooid deelwoord van inrijgen.
- inrijdende — w. Verbogen vorm van inrijdend, het onvoltooid deelwoord van inrijden. — w. Attributief gebruikt.
- inrijgende — w. Verbogen vorm van inrijgend, het onvoltooid deelwoord van inrijgen.
- inrijdammen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord inrijdam.
- treinrijtuig — n. (Spoorwegen) een spoorwegrijtuig.
- anti-inrijpaal — n. (Verkeer) paal die inrijden moet voorkomen.
- inrijdammetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord inrijdam.
- anti-inrijpalen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord anti-inrijpaal.
- inrijdammetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord inrijdam.
- treinrijtuigen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinrijtuig.
- treinrijtuigje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinrijtuig.
- treinrijtuigjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinrijtuig.
|