|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 13
Er zijn 19 woorden bevattend met ISOLEgeïsoleerd isoleer isoleercel isoleercellen isoleerde isoleerden isoleerkan isoleerkannen isoleert isolement isolementen isoleren isolerend isolerende isolering isoleringen isoleucine isolex isolexen 29 definities gevonden- geïsoleerd — bijv. Afgezonderd van de omgeving. — bijv. Ver weg van alles en iedereen.
- isoleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van isoleren. — w. Gebiedende wijs van isoleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van isoleren.
- isoleercel — n. In een gevangenis een cel waar de gevangene in afzondering… — n. In een psychiatrische inrichting een ruimte waar een patiënt…
- isoleercellen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord isoleercel.
- isoleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van isoleren.
- isoleerden — w. Meervoud verleden tijd van isoleren.
- isoleerkan — n. Afsluitbaar vat dat zo is gemaakt dat een verschil in temperatuur…
- isoleerkannen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord isoleerkan.
- isoleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van isoleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van isoleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van isoleren.
- isolement — n. Afgeschermdheid, zonder contact met anderen of met iets anders.
- isolementen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord isolement.
- isoleren — w. Overgankelijk afsluiten van alle omgang met andere mensen. — w. Overgankelijk (scheikunde) een bepaalde stof in zuivere vorm… — w. Overgankelijk elektrisch contact onmogelijk maken.
- isolerend — w. Onvoltooid deelwoord van isoleren. — bijv. Uitwisseling met de omgeving voorkomend; geleiding voorkomend.
- isolerende — w. Verbogen vorm van isolerend, het onvoltooid deelwoord van isoleren.
- isolering — n. Het isoleren, de isolatie. — n. (Techniek) het materiaal dat isoleert.
- isoleringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord isolering.
- isoleucine — n. (Scheikunde) een proteïnogeen aminozuur.
- isolex — n. (Taalkunde) begrenzingslijn van een woordbetekenis.
- isolexen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord isolex.
Zie deze lijst voor:
| |