Lijst met woorden van 10 letters bevattend met Snelle modus Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14 15
Er zijn 12 woorden van tien letters bevattend met ICEERTappliceert dupliceert expliceert fabriceert impliceert prediceert publiceert repliceert rubriceert syndiceert unificeert vindiceert 36 definities gevonden- appliceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van appliceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van appliceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van appliceren.
- dupliceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dupliceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dupliceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van dupliceren.
- expliceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van expliceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van expliceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van expliceren.
- fabriceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fabriceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van fabriceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van fabriceren.
- impliceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van impliceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van impliceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van impliceren.
- prediceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van prediceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van prediceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van prediceren.
- publiceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van publiceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van publiceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van publiceren.
- repliceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van repliceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van repliceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van repliceren.
- rubriceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rubriceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rubriceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van rubriceren.
- syndiceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van syndiceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van syndiceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van syndiceren.
- unificeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van unificeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van unificeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van unificeren.
- vindiceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vindiceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vindiceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vindiceren.
|