Lijst met woorden van 9 letters bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17  18  19  20  21

Er zijn 22 woorden van negen letters bevattend met KLED

aankleden  afkledend  balkleden  bekledend  bekleders  bekleding  dekkleden  inkledend  inkleding  kerkleden  kledderde  kledderen  kledderig  kleden␣aan  kleden␣uit  omkledend  omkleding  ontkleden  opkledend  rugkleden  uitkleden  verkleden

31 definities gevonden

• aankleden — w. Overgankelijk meubileren, van toebehoor of uitbreiding voorzien… — w. Overgankelijk iets of iemand kleren aandoen. — w. Wederkerend zich ~: zijn kledij aantrekken.
• afkledend — w. Onvoltooid deelwoord van afkleden.
• balkleden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord balkleed.
• bekledend — w. Onvoltooid deelwoord van bekleden.
• bekleders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord bekleder.
• bekleding — n. Een laag stof ter versiering en bescherming aangebracht op…
• dekkleden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord dekkleed.
• inkledend — w. Onvoltooid deelwoord van inkleden.
• inkleding — n. De handeling waarbij postulanten hun noviciaat beginnen en… — n. Hoe men de rol van een bepaalde functie of persoon vorm geeft. — n. De inrichting van een ruimte of een gebouw.
• kerkleden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kerklid.
• kledderde — w. Enkelvoud verleden tijd van kledderen.
• kledderen — w. (Informeel) laten vallen. — w. Iets vies maken door zaken te laten vallen of rond te laten spetteren.
• kledderig — bijv. Modderig, slijkerig, papperig.
• kleden␣aan — w. Meervoud tegenwoordige tijd van aankleden.
• kleden␣uit — w. Meervoud tegenwoordige tijd van uitkleden.
• omkledend — w. Onvoltooid deelwoord van omkleden.
• omkleding — n. Datgene waarmee iets omkleed of bekleed is, omhulsel.
• ontkleden — w. Wederkerend zich ~: zijn kleding afdoen. — w. Overgankelijk (minder gebruikelijk):iemand ~: iemands kleding afdoen.
• opkledend — w. Onvoltooid deelwoord van opkleden.
• rugkleden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord rugkleed.
• uitkleden — w. Wederkerend zich ~ de eigen kleding afnemen. — w. Overgankelijk van kleding ontdoen. — w. Overgankelijk overdrachtelijk iemand financieel zwaar benadelen.
• verkleden — w. Wederkerend zich ~ andere kleren aandoen. — w. Zich vermommen door andere kleren aan te trekken.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 21 woorden
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.