Lijst met woorden van 10 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
Er zijn 23 woorden van tien letters bevattend met LUIKachterluik beluikende dakluikjes deurluiken deurluikje drieluiken drieluikje insluikend kattenluik kelderluik Luikenaars Luikenaren ontluikend oogluikend rolluikjes sluikstort sluikwegen tweeluiken tweeluikje valluikjes vierluiken vierluikje zolderluik 27 definities gevonden- achterluik — n. Luik aan de achterkant van een gebouw of schip. — n. Het achterste van twee of meer luiken.
- beluikende — w. Verbogen vorm van beluikend, het onvoltooid deelwoord van beluiken.
- dakluikjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord dakluik.
- deurluiken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord deurluik.
- deurluikje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord deurluik.
- drieluiken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord drieluik.
- drieluikje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord drieluik.
- insluikend — w. Onvoltooid deelwoord van insluiken.
- kattenluik — n. Een kleine doorgang die wordt gesloten met een luik dat in…
- kelderluik — n. Een luik dat de toegang naar een kelder afsluit. — n. Een luik aan de straatzijde van een woning, dat toegang geeft tot de kelder.
- Luikenaars — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord Luikenaar.
- Luikenaren — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord Luikenaar.
- ontluikend — w. Onvoltooid deelwoord van ontluiken. — bijv. Tot bloei komend.
- oogluikend — bijw. Oogluikend toestaan: iets toestaan wat eigenlijk verboden…
- rolluikjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rolluik.
- sluikstort — n. Afval gestort waar dat niet toegestaan is. — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van sluikstorten#gebiedende wijs…
- sluikwegen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord sluikweg.
- tweeluiken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord tweeluik.
- tweeluikje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord tweeluik.
- valluikjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord valluik.
- vierluiken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vierluik.
- vierluikje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vierluik.
- zolderluik — n. Een luik dat toegang biedt naar een zolder.
|