Lijst met woorden van 7 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 20
Er zijn 23 woorden van zeven letters bevattend met LEEDafgleed afkleed bekleed bleeder gekleed gleed␣af gleed␣in ingleed inkleed kleed␣af kleedde kleed␣in kleedje kleed␣om kleed␣op leed␣mee meeleed omkleed ontleed opkleed sleedde sleeden verleed 40 definities gevonden- afgleed — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afglijden.
- afkleed — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkleden.
- bekleed — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekleden. — w. Gebiedende wijs van bekleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bekleden.
- bleeder — n. (Economie) verliesgevende onderneming. — n. (Beroep) iemand die balata (rubbersoort) wint en verkoopt.
- gekleed — w. Vormt de voltooide tijden. — w. Vormt de lijdende vorm. — w. Als naamwoordelijk deel van het gezegde gebruikt.
- gleed␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afglijden.
- gleed␣in — w. Enkelvoud verleden tijd van inglijden.
- ingleed — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inglijden.
- inkleed — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkleden.
- kleed␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkleden. — w. Gebiedende wijs van afkleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afkleden.
- kleedde — w. Enkelvoud verleden tijd van kleden.
- kleed␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkleden. — w. Gebiedende wijs van inkleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkleden.
- kleedje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord kleed.
- kleed␣om — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkleden. — w. Gebiedende wijs van omkleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkleden.
- kleed␣op — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkleden. — w. Gebiedende wijs van opkleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkleden.
- leed␣mee — w. Enkelvoud verleden tijd van meelijden.
- meeleed — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van meelijden.
- omkleed — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkleden. — w. Gebiedende wijs van omkleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omkleden.
- ontleed — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontleden. — w. Gebiedende wijs van ontleden. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontleden.
- opkleed — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opkleden.
- sleedde — w. Enkelvoud verleden tijd van sleden.
- sleeden — w. Meervoud verleden tijd van sleeën.
- verleed — w. Enkelvoud verleden tijd van verlijden.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 7 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 2 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: 1 woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|