Lijst met woorden van 9 letters bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 10 11 12 13
Er zijn 15 woorden van negen letters bevattend met LEESTdoorleest leestafel leest␣door leesteken leestekst leestempo lees␣terug leestests leestonen leest␣over leest␣stuk leest␣voor overleest stukleest voorleest 31 definities gevonden- doorleest — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorlezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorlezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van doorlezen.
- leestafel — n. (Meubel) tafel om aan te lezen.
- leest␣door — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorlezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorlezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van doorlezen.
- leesteken — n. (Taalkunde) een onuitgesproken teken dat aan geschreven taal…
- leestekst — n. (Onderwijs) een tekst om het lezen te oefenen.
- leestempo — n. De snelheid waarmee men (voor)leest of kan lezen.
- lees␣terug — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teruglezen. — w. Gebiedende wijs van teruglezen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van teruglezen.
- leestests — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord leestest.
- leestonen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord leestoon.
- leest␣over — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van overlezen.
- leest␣stuk — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stuklezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stuklezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van stuklezen.
- leest␣voor — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorlezen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorlezen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van voorlezen.
- overleest — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlezen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlezen. — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overlezen.
- stukleest — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stuklezen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stuklezen.
- voorleest — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorlezen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorlezen.
|