Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14
Er zijn 20 woorden bevattend met LCULEcalculeer calculeerbaar calculeerde calculeerde␣in calculeerden calculeerden␣in calculeer␣in calculeert calculeert␣in calculeren calculerend calculerende calculeren␣in incalculeer incalculeerde incalculeerden incalculeert incalculeren incalculerend incalculerende 30 definities gevonden- calculeer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van calculeren. — w. Gebiedende wijs van calculeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van calculeren.
- calculeerbaar — bijv. Dat iets brekent kan worden.
- calculeerde — w. Enkelvoud verleden tijd van calculeren.
- calculeerde␣in — w. Enkelvoud verleden tijd van incalculeren.
- calculeerden — w. Meervoud verleden tijd van calculeren.
- calculeerden␣in — w. Meervoud verleden tijd van incalculeren.
- calculeer␣in — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren. — w. Gebiedende wijs van incalculeren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren.
- calculeert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van calculeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van calculeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van calculeren.
- calculeert␣in — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van incalculeren.
- calculeren — w. Overgankelijk iemand berekent iets.
- calculerend — w. Onvoltooid deelwoord van calculeren.
- calculerende — w. Verbogen vorm van calculerend, het onvoltooid deelwoord van calculeren.
- calculeren␣in — w. Meervoud tegenwoordige tijd van incalculeren.
- incalculeer — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren.
- incalculeerde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van incalculeren.
- incalculeerden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van incalculeren.
- incalculeert — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incalculeren.
- incalculeren — w. Overgankelijk in de berekening meenemen. — w. Rekening houden met.
- incalculerend — w. Onvoltooid deelwoord van incalculeren.
- incalculerende — w. Verbogen vorm van incalculerend, het onvoltooid deelwoord van incalculeren.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 14 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 81 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: 7 woorden
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: 6 woorden
|