Lijst met woorden van 10 letters bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 20 woorden van tien letters bevattend met LISEERalkaliseer banaliseer civiliseer debiliseer egaliseert finaliseer idealiseer idoliseert kanaliseer legaliseer lokaliseer mobiliseer moraliseer penaliseer realiseert rivaliseer totaliseer utiliseert vitaliseer vocaliseer 60 definities gevonden- alkaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van alkaliseren. — w. Gebiedende wijs van alkaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van alkaliseren.
- banaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van banaliseren. — w. Gebiedende wijs van banaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van banaliseren.
- civiliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van civiliseren. — w. Gebiedende wijs van civiliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van civiliseren.
- debiliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van debiliseren. — w. Gebiedende wijs van debiliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van debiliseren.
- egaliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van egaliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van egaliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van egaliseren.
- finaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van finaliseren. — w. Gebiedende wijs van finaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van finaliseren.
- idealiseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van idealiseren. — w. Gebiedende wijs van idealiseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van idealiseren.
- idoliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van idoliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van idoliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van idoliseren.
- kanaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kanaliseren. — w. Gebiedende wijs van kanaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kanaliseren.
- legaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van legaliseren. — w. Gebiedende wijs van legaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van legaliseren.
- lokaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lokaliseren. — w. Gebiedende wijs van lokaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lokaliseren.
- mobiliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mobiliseren. — w. Gebiedende wijs van mobiliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van mobiliseren.
- moraliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moraliseren. — w. Gebiedende wijs van moraliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van moraliseren.
- penaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van penaliseren. — w. Gebiedende wijs van penaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van penaliseren.
- realiseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van realiseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van realiseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van realiseren.
- rivaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rivaliseren. — w. Gebiedende wijs van rivaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rivaliseren.
- totaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van totaliseren. — w. Gebiedende wijs van totaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van totaliseren.
- utiliseert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van utiliseren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van utiliseren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van utiliseren.
- vitaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vitaliseren. — w. Gebiedende wijs van vitaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vitaliseren.
- vocaliseer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vocaliseren. — w. Gebiedende wijs van vocaliseren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vocaliseren.
|