Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een zevende letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  6  7  8  9  10  11  13  15  16

Er zijn 25 woorden bevattend met LEPPER

geklepper  klepper  klepperde  klepperden  klepperen  klepperend  klepperende  klepperlieden  klepperlui  klepperman  kleppermannen  kleppermannetje  kleppermannetjes  kleppers  kleppert  kleppertje  kleppertjes  lepper  lepperde  lepperden  lepperen  lepperend  leppert  sjlepper  sjleppers

37 definities gevonden

• geklepper — n. Het aanhoudend klepperen; het voortdurend geluid van twee harde…
• klepper — n. (Beroep) (geschiedenis) nachtwaker, die regelmatig zijn ronden… — n. Iets dat of waarmee men een kleppend geluid kan maken. — n. Rijpaard, draver.
• klepperde — w. Enkelvoud verleden tijd van klepperen.
• klepperden — w. Meervoud verleden tijd van klepperen.
• klepperen — w. Voortdurend een kleppend geluid maken.
• klepperend — w. Onvoltooid deelwoord van klepperen.
• klepperende — w. Verbogen vorm van klepperend, het onvoltooid deelwoord van klepperen.
• klepperlieden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord klepperman.
• klepperlui — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord klepperman.
• klepperman — n. (Beroep) (geschiedenis) nachtwaker, die gebruik maakte van…
• kleppermannen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord klepperman.
• kleppermannetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord klepperman. — n. Dim. tant. — n. Dim. tant.
• kleppermannetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord klepperman. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord kleppermannetje.
• kleppers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord klepper.
• kleppert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van klepperen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van klepperen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van klepperen.
• kleppertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord klepper.
• kleppertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord klepper.
• lepper — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lepperen. — w. Gebiedende wijs van lepperen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lepperen.
• lepperde — w. Enkelvoud verleden tijd van lepperen.
• lepperden — w. Meervoud verleden tijd van lepperen.
• lepperen — w. Met kleine teugjes drinken. — w. Met de lippen ergens aan zuigen, sabbelen.
• lepperend — w. Onvoltooid deelwoord van lepperen.
• leppert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lepperen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lepperen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van lepperen.
• sjlepper — n. (Jiddisch-Hebreeuws) iemand die moeizaam loopt of draagt.
• sjleppers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord sjlepper.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 12 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 10 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: 72 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.