Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 10 11 12 13 14 15 16 17 19 20
Er zijn 25 woorden bevattend met NEENKaaneenknoop aaneenknoopt aaneenknoopte aaneenknoopten aaneenknopen aaneenknopend aaneenknopende aaneenkoppel aaneenkoppelde aaneenkoppelden aaneenkoppelen aaneenkoppelend aaneenkoppelende aaneenkoppeling aaneenkoppelingen aaneenkoppelingetje aaneenkoppelingetjes aaneenkoppelt ineenkrimp ineenkrimpen ineenkrimpend ineenkrimpende ineenkrimpt ineenkromp ineenkrompen 29 definities gevonden- aaneenknoop — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenknopen.
- aaneenknoopt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenknopen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenknopen.
- aaneenknoopte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aaneenknopen.
- aaneenknoopten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aaneenknopen.
- aaneenknopen — w. Ergatief aan elkaar vastknopen (Ook fig.).
- aaneenknopend — w. Onvoltooid deelwoord van aaneenknopen.
- aaneenknopende — w. Verbogen vorm van aaneenknopend, het onvoltooid deelwoord van aaneenknopen.
- aaneenkoppel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
- aaneenkoppelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aaneenkoppelen.
- aaneenkoppelden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aaneenkoppelen.
- aaneenkoppelen — w. Overgankelijk tot een nieuw geheel samenkoppelen.
- aaneenkoppelend — w. Onvoltooid deelwoord van aaneenkoppelen.
- aaneenkoppelende — w. Verbogen vorm van aaneenkoppelend, het onvoltooid deelwoord…
- aaneenkoppeling — n. Het aan elkaar koppelen. — n. Het aan elkaar gekoppeld zijn.
- aaneenkoppelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord aaneenkoppeling.
- aaneenkoppelingetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aaneenkoppeling.
- aaneenkoppelingetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord aaneenkoppeling.
- aaneenkoppelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd… — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd…
- ineenkrimp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenkrimpen.
- ineenkrimpen — w. Ergatief zich samentrekken.
- ineenkrimpend — w. Onvoltooid deelwoord van ineenkrimpen.
- ineenkrimpende — w. Verbogen vorm van ineenkrimpend, het onvoltooid deelwoord van ineenkrimpen.
- ineenkrimpt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenkrimpen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenkrimpen.
- ineenkromp — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van ineenkrimpen.
- ineenkrompen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van ineenkrimpen.
|