|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 9 10 11 12 13 14 15 19 20
Er zijn 20 woorden bevattend met NIVELnivelleer —— nivelleert nivelleren —— denivelleer nivelleerde nivellerend nivellering —— denivelleert denivelleren nivelleerden nivellerende —— denivelleerde denivellerend denivellering nivelleringen —— denivelleerden denivellerende —— denivelleringen —— nivelleringsfeestje —— nivelleringsfeestjes 31 definities gevonden- nivelleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nivelleren. — w. Gebiedende wijs van nivelleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nivelleren.
- nivelleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nivelleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van nivelleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van nivelleren.
- nivelleren — w. Overgankelijk gelijk maken, op gelijk niveau brengen.
- denivelleer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van denivelleren. — w. Gebiedende wijs van denivelleren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van denivelleren.
- nivelleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van nivelleren.
- nivellerend — w. Onvoltooid deelwoord van nivelleren. — bijv. Verschillend verkleinend.
- nivellering — n. (Economie) het verminderen of verdwijnen van inkomensverschillen. — n. (Taalkunde) het gelijktrekken van de verschillende woorden… — n. (Geschiedenis), (sociologie) het gelijktrekken van daders en…
- denivelleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van denivelleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van denivelleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van denivelleren.
- denivelleren — w. Overgankelijk op een verschillend peil brengen, een nivellering…
- nivelleerden — w. Meervoud verleden tijd van nivelleren.
- nivellerende — w. Verbogen vorm van nivellerend, het onvoltooid deelwoord van nivelleren.
- denivelleerde — w. Enkelvoud verleden tijd van denivelleren.
- denivellerend — w. Onvoltooid deelwoord van denivelleren.
- denivellering — n. Het denivelleren.
- nivelleringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord nivellering.
- denivelleerden — w. Meervoud verleden tijd van denivelleren.
- denivellerende — w. Verbogen vorm van denivellerend, het onvoltooid deelwoord van denivelleren.
- denivelleringen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord denivellering.
- nivelleringsfeestje — n. Het vieren dat nivelleren mogelijk is om de kloof tussen armste…
- nivelleringsfeestjes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord nivelleringsfeestje.
Zie deze lijst voor:
| |