Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 10 11 12 13 14 15
Er zijn 24 woorden bevattend met NRIJTaanrijtijd aanrijtijden aanrijtijdje aanrijtijdjes bomenrijtje bomenrijtjes duinenrijtje duinenrijtjes huizenrijtje huizenrijtjes openrijt openrijten openrijtend openrijtende treinrijtuig treinrijtuigen treinrijtuigje treinrijtuigjes uiteenrijt uiteenrijten uiteenrijtend uiteenrijtende woordenrijtje woordenrijtjes 28 definities gevonden- aanrijtijd — n. (Verkeer) de tijd die diensten nodig hebben om een bepaalde…
- aanrijtijden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord aanrijtijd.
- aanrijtijdje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aanrijtijd.
- aanrijtijdjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord aanrijtijd.
- bomenrijtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord bomenrij.
- bomenrijtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord bomenrij.
- duinenrijtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord duinenrij.
- duinenrijtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord duinenrij.
- huizenrijtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord huizenrij.
- huizenrijtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord huizenrij.
- openrijt — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openrijten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openrijten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van openrijten.
- openrijten — w. Overgankelijk openscheuren.
- openrijtend — w. Onvoltooid deelwoord van openrijten.
- openrijtende — w. Verbogen vorm van openrijtend, het onvoltooid deelwoord van openrijten.
- treinrijtuig — n. (Spoorwegen) een spoorwegrijtuig.
- treinrijtuigen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord treinrijtuig.
- treinrijtuigje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord treinrijtuig.
- treinrijtuigjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord treinrijtuig.
- uiteenrijt — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uiteenrijten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uiteenrijten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uiteenrijten.
- uiteenrijten — w. Overgankelijk aan stukken scheuren.
- uiteenrijtend — w. Onvoltooid deelwoord van uiteenrijten.
- uiteenrijtende — w. Verbogen vorm van uiteenrijtend, het onvoltooid deelwoord van uiteenrijten.
- woordenrijtje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord woordenrij.
- woordenrijtjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord woordenrij.
|