Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 12 13 14 15 16 17 18 20 21
Er zijn 24 woorden bevattend met NTIEWadvertentiewerving advertentiewervingen buurtpreventiewerker buurtpreventiewerkers efficiëntiewinst efficiëntiewinsten frequentiewoord frequentiewoorden referentiewaarde referentiewaarden referentiewaardes vakantieweek vakantieweekje vakantieweekjes vakantieweken vakantiewerk vakantiewerker vakantiewerkers vakantiewerkertje vakantiewerkertjes vakantiewoning vakantiewoningen vakantiewoninkje vakantiewoninkjes 25 definities gevonden- advertentiewerving — n. Het verkopen van advertentieruimte door een mediabedrijf.
- advertentiewervingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord advertentiewerving.
- buurtpreventiewerker — n. (Beroep) iemand die bemiddelt in conflicten tussen buren.
- buurtpreventiewerkers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord buurtpreventiewerker.
- efficiëntiewinst — n. (Economie) hogere opbrengst uit gelijk blijvende middelen (in…
- efficiëntiewinsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord efficiëntiewinst.
- frequentiewoord — n. (Taalkunde) term waarmee in een uitspraak wordt uitgedrukt…
- frequentiewoorden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord frequentiewoord.
- referentiewaarde — n. De waarde die bij het meten of ijken wordt genomen als grondslag…
- referentiewaarden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord referentiewaarde.
- referentiewaardes — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord referentiewaarde.
- vakantieweek — n. Week dat men vakantie heeft. — n. En vakantie die een week duurt.
- vakantieweekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vakantieweek.
- vakantieweekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantieweek.
- vakantieweken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantieweek.
- vakantiewerk — n. Werk wat scholieren of studenten doen tijdens de vakantie.
- vakantiewerker — n. Iemand die vakantiewerk doet.
- vakantiewerkers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantiewerker.
- vakantiewerkertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vakantiewerker.
- vakantiewerkertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantiewerker.
- vakantiewoning — n. Huisje of andere woning waar mensen in een periode dat ze niet…
- vakantiewoningen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantiewoning.
- vakantiewoninkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vakantiewoning.
- vakantiewoninkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord vakantiewoning.
|