|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 16 18 19
Er zijn 24 woorden bevattend met NGRIJPaangrijp aangrijpelijk aangrijpen aangrijpend aangrijpende aangrijping aangrijpingen aangrijpingspunt aangrijpingspunten aangrijpingspuntje aangrijpingspuntjes aangrijpt ineengrijp ineengrijpen ineengrijpend ineengrijpende ineengrijpt ingrijp ingrijpen ingrijpend ingrijpende ingrijpt ongrijpbaar overheidsingrijpen 35 definities gevonden- aangrijp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangrijpen.
- aangrijpelijk — bijv. Van iets dat het je emotioneel raakt.
- aangrijpen — w. Overgankelijk met kracht aanpakken. — w. Aanvallen. — w. Hevig ontroeren.
- aangrijpend — w. Onvoltooid deelwoord van aangrijpen. — bijv. Aandoenlijk, ontroerend. — bijv. Onvoltooid deelwoord van aangrijpen: de in dit punt aangrijpende vectoren.
- aangrijpende — w. Verbogen vorm van aangrijpend, het onvoltooid deelwoord van aangrijpen.
- aangrijping — n. Het aangrijpen.
- aangrijpingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord aangrijping.
- aangrijpingspunt — n. (Natuurkunde) een punt waar op een lichaam volgens natuurkundige… — n. Iets dat als basis dient.
- aangrijpingspunten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord aangrijpingspunt.
- aangrijpingspuntje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord aangrijpingspunt.
- aangrijpingspuntjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord aangrijpingspunt.
- aangrijpt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangrijpen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aangrijpen.
- ineengrijp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineengrijpen.
- ineengrijpen — w. Inergatief tandsgewijs in aanraking met elkaar zijn.
- ineengrijpend — w. Onvoltooid deelwoord van ineengrijpen.
- ineengrijpende — w. Verbogen vorm van ineengrijpend, het onvoltooid deelwoord van ineengrijpen.
- ineengrijpt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineengrijpen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineengrijpen.
- ingrijp — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingrijpen.
- ingrijpen — w. Inergatief handelen om een probleem te voorkomen of op te lossen. — w. Inergatief ~ in: zich beslissend mengen in het verloop van iets.
- ingrijpend — w. Onvoltooid deelwoord van ingrijpen. — bijv. Diep doordringend en voelbaar.
- ingrijpende — w. Verbogen vorm van ingrijpend, het onvoltooid deelwoord van ingrijpen.
- ingrijpt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingrijpen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ingrijpen.
- ongrijpbaar — bijv. Niet te begrijpen. — bijv. Wat niet helder en duidelijk te zien of te ervaren is en…
- overheidsingrijpen — n. (Politiek) ingrijpen door de overheid.
| |