|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 17
Er zijn 24 woorden bevattend met NSTORTaanstort aanstorten aanstortend aanstortte aanstortten ineenstort ineenstorten ineenstortend ineenstortende ineenstorting ineenstortingen ineenstortte ineenstortten instort instorten instortend instortende instortenden instorting instortingen instortte instortten zenuwinstorting zenuwinstortingen 35 definities gevonden- aanstort — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstorten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstorten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanstorten.
- aanstorten — w. Iets door storten verzwaren. — w. Neerstorten, vallen.
- aanstortend — w. Onvoltooid deelwoord van aanstorten.
- aanstortte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanstorten.
- aanstortten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van aanstorten.
- ineenstort — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenstorten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenstorten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenstorten.
- ineenstorten — w. Ergatief in stukken uiteenvallen, instorten, gewoonlijk tot…
- ineenstortend — w. Onvoltooid deelwoord van ineenstorten.
- ineenstortende — w. Verbogen vorm van ineenstortend, het onvoltooid deelwoord van ineenstorten.
- ineenstorting — n. Het ineenstorten.
- ineenstortingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord ineenstorting.
- ineenstortte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van ineenstorten.
- ineenstortten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van ineenstorten.
- instort — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instorten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instorten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van instorten.
- instorten — w. Ergatief zwichten voor de zwaartekracht. — w. (Figuurlijk) ergatief zwichten voor ander geweld. — w. (Figuurlijk) emotioneel helemaal van slag raken.
- instortend — w. Onvoltooid deelwoord van instorten.
- instortende — n. Hij of zij die aan het vergaan is. — w. Verbogen vorm van instortend, het onvoltooid deelwoord van instorten.
- instortenden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instortende.
- instorting — n. Het kapot gaan van een constructie door naar beneden vallen. — n. (Figuurlijk) psychisch of lichamelijk niet meer goed kunnen…
- instortingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord instorting.
- instortte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van instorten.
- instortten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van instorten.
- zenuwinstorting — n. (Medisch) een informele benaming voor een aantal acute psychische…
- zenuwinstortingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zenuwinstorting.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 2 woorden
- Frans WikiWoordenboek: geen woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |