|
Lijst met woorden van 10 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 20 21
Er zijn 18 woorden van tien letters bevattend met ORZEdoorzeefde doorzenden doorzetten doorzetter doorzeurde doorzeuren doorzevend geelgorzen horzeltjes morzeltjes rietgorzen vermorzelt voorzegden voorzeggen voorzeiden voorzetjes voorzetsel voorzetten 28 definities gevonden- doorzeefde — w. Enkelvoud verleden tijd van doorzeven. — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doorzeven.
- doorzenden — w. Ditransitief iets dat ontvangen is weer verder sturen.
- doorzetten — w. Volhouden, niet ophouden. — w. Erger worden. — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van doorzetten.
- doorzetter — n. Iemand die volhoudt ook als het niet makkelijk gaat.
- doorzeurde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doorzeuren.
- doorzeuren — w. Blijven bestaan van iets dat vervelend is, iets vervelends niet oplossen. — w. Onophoudelijk klagen. — w. Onophoudelijk op een vervelende manier vragen om zo de eigen…
- doorzevend — w. Onvoltooid deelwoord van doorzeven.
- geelgorzen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord geelgors.
- horzeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord horzel.
- morzeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord morzel.
- rietgorzen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord rietgors.
- vermorzelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermorzelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermorzelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van vermorzelen.
- voorzegden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van voorzeggen.
- voorzeggen — w. Stiekem iemand vertellen wat het antwoord op een vraag is die… — w. Voorspellen, aankondigen, aanzeggen, prediceren, profeteren.
- voorzeiden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van voorzeggen.
- voorzetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord voorzet.
- voorzetsel — n. (Grammatica) een onverbuigbaar woord dat de aard van de relatie…
- voorzetten — w. Eten of drinken opdienen. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord voorzet. — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van voorzetten.
Zie deze lijst voor:
| |