Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  6  7  8  9  10  11  13  14

Er zijn 23 woorden bevattend met OEHO

oehoe  ——  oehoet  ——  oehoede  oehoeën  toehoor  ——  koehoorn  koehoren  oehoeden  oehoeënd  toehoort  toehoren  ——  koehoorns  koehorens  oehoeënde  toehoorde  toehorend  ——  koehoornen  toehoorden  toehoorder  toehorende  ——  toehoorders  ——  toehoordertje  ——  toehoordertjes

30 definities gevonden

• oehoe — n. (Vogels) uilensoort, Bubo bubo. — tuss. Geluid dat een oehoe, Bubo bubo , maakt. — tuss. (Informeel) gebruikt om iemands aandacht te trekken.
• oehoet — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oehoeën. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oehoeën. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van oehoeën.
• oehoede — w. Enkelvoud verleden tijd van oehoeën.
• oehoeën — w. Inergatief (dierengeluid) het voortbrengen van een uilenroep.
• toehoor — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehoren.
• koehoorn — n. De hoorn van een koe.
• koehoren — n. De hoorn van een rund.
• oehoeden — w. Meervoud verleden tijd van oehoeën.
• oehoeënd — w. Onvoltooid deelwoord van oehoeën.
• toehoort — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehoren. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van toehoren.
• toehoren — w. Met veel aandacht luisteren. — w. Eigendom zijn van iemand.
• koehoorns — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord koehoorn.
• koehorens — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord koehoren.
• oehoeënde — w. Verbogen vorm van oehoeënd, het onvoltooid deelwoord van oehoeën.
• toehoorde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van toehoren.
• toehorend — w. Onvoltooid deelwoord van toehoren.
• koehoornen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord koehoorn.
• toehoorden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van toehoren.
• toehoorder — n. (Communicatie) iemand die luistert naar wat gezegd of gespeeld… — n. Publiek, luisteraar.
• toehorende — w. Verbogen vorm van toehorend, het onvoltooid deelwoord van toehoren.
• toehoorders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord toehoorder.
• toehoordertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord toehoorder.
• toehoordertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord toehoorder.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 20 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 3 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.