Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  6  7  8  9  10  11  12

Er zijn 23 woorden bevattend met OPVI

opvis  ——  opviel  opvijs  opving  opvist  ——  opvijst  opviste  ——  opvielen  opvijzel  opvijzen  opvingen  opvissen  opvisten  ——  opvijzelt  opvijzend  opvissend  ——  opvijzelde  opvijzelen  opvijzende  opvissende  ——  opvijzelden  opvijzelend  ——  opvijzelende

29 definities gevonden

• opvis — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvissen.
• opviel — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opvallen.
• opvijs — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen.
• opving — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opvangen.
• opvist — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvissen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvissen.
• opvijst — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzen.
• opviste — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opvissen.
• opvielen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opvallen.
• opvijzel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzelen.
• opvijzen — w. Met schroeven naar boven brengen of vastzetten. — w. Opscheppen, opschroeven.
• opvingen — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opvangen.
• opvissen — w. Overgankelijk door te vissen aan boord brengen.
• opvisten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opvissen.
• opvijzelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzelen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opvijzelen.
• opvijzend — w. Onvoltooid deelwoord van opvijzen.
• opvissend — w. Onvoltooid deelwoord van opvissen.
• opvijzelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opvijzelen.
• opvijzelen — w. Iets met een vijzel omhoog brengen. — w. (Figuurlijk) iets groter of beter maken. — w. Schoolcijfers verbeteren.
• opvijzende — w. Verbogen vorm van opvijzend, het onvoltooid deelwoord van opvijzen.
• opvissende — w. Verbogen vorm van opvissend, het onvoltooid deelwoord van opvissen.
• opvijzelden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opvijzelen.
• opvijzelend — w. Onvoltooid deelwoord van opvijzelen.
• opvijzelende — w. Verbogen vorm van opvijzelend, het onvoltooid deelwoord van opvijzelen.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 3 woorden
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.