Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Er zijn 21 woorden bevattend met OPBREhuuropbrengst huuropbrengsten leeropbrengst leeropbrengsten opbreek opbreekt opbreken opbrekend opbrekende opbreng opbrengen opbrengend opbrengende opbrengst opbrengsten opbrengsthuis opbrengsthuizen opbrengstje opbrengstjes opbrengt wateropbrengst 27 definities gevonden- huuropbrengst — n. Geld dat men ontvangt door het verhuren van iets.
- huuropbrengsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord huuropbrengst.
- leeropbrengst — n. Het effect van het leren.
- leeropbrengsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord leeropbrengst.
- opbreek — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbreken.
- opbreekt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbreken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbreken.
- opbreken — w. Ergatief de tenten afbreken en optrekken. — w. Overgankelijk een weg ~: de grond openen voor werkzaamheden. — w. Onpersoonlijk duur te staan komen.
- opbrekend — w. Onvoltooid deelwoord van opbreken.
- opbrekende — w. Verbogen vorm van opbrekend, het onvoltooid deelwoord van opbreken.
- opbreng — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbrengen.
- opbrengen — w. Absoluut als batig resultaat leveren. — w. Overgankelijk regelmatig iets betalen of een andere inspanning leveren. — w. Overgankelijk een laag op iets aanbrengen.
- opbrengend — w. Onvoltooid deelwoord van opbrengen.
- opbrengende — w. Verbogen vorm van opbrengend, het onvoltooid deelwoord van opbrengen.
- opbrengst — n. Dat wat opgebracht wordt, de baat die men heeft van zijn activiteiten.
- opbrengsten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord opbrengst.
- opbrengsthuis — n. (Economie) gebouw dat men in zijn bezit heeft als belegging.
- opbrengsthuizen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord opbrengsthuis.
- opbrengstje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord opbrengst.
- opbrengstjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord opbrengst.
- opbrengt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbrengen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opbrengen.
- wateropbrengst — n. Hoeveelheid door een gemaal opgepompt of opgemalen water in…
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 4 woorden
- Frans WikiWoordenboek: geen woord
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: geen woord
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|