Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Er zijn 22 woorden bevattend met OPPLAklimopplant klimopplanten klimopplantje klimopplantjes loopplank loopplanken loopplankje loopplankjes loop␣plat opplak opplakken opplakkend opplakkende opplakt opplakte opplakten stopplaats stopplaatsen verstopplaats verstopplaatsen verstopplaatsje verstopplaatsjes 28 definities gevonden- klimopplant — n. Exemplaat van de klimplant Hedera helix.
- klimopplanten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord klimopplant.
- klimopplantje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord klimopplant.
- klimopplantjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord klimopplant.
- loopplank — n. Plank waarover men kan lopen vooral om van de wal op een boot te komen. — n. (Techniek) langgerekt smal oppervlak om langs een machine of…
- loopplanken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord loopplank.
- loopplankje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord loopplank.
- loopplankjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord loopplank.
- loop␣plat — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van platlopen. — w. Gebiedende wijs van platlopen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van platlopen.
- opplak — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opplakken.
- opplakken — w. Met lijm iets op iets anders bevestigen. — w. Iets of iemand labelen.
- opplakkend — w. Onvoltooid deelwoord van opplakken.
- opplakkende — w. Verbogen vorm van opplakkend, het onvoltooid deelwoord van opplakken.
- opplakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opplakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opplakken.
- opplakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opplakken.
- opplakten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van opplakken.
- stopplaats — n. Plaats waar een boot, trein, tram of bus stopt.
- stopplaatsen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord stopplaats.
- verstopplaats — n. Een plaats waar mensen of dieren zich kunnen verstoppen. — n. Een plaats waar mensen hun bezittingen kunnen verstoppen.
- verstopplaatsen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord verstopplaats.
- verstopplaatsje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord verstopplaats.
- verstopplaatsjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord verstopplaats.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 2 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 16 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: geen woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 2 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
|