Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  7  9  10  11  12  13  14  15

Er zijn 24 woorden bevattend met OPRIC

heropricht  heroprichten  heroprichtend  heroprichtende  heroprichting  heroprichtingen  heroprichtte  heroprichtten  opricht  oprichten  oprichtend  oprichtende  oprichter  oprichters  oprichtertje  oprichtertjes  oprichting  oprichtingen  oprichtster  oprichtsters  oprichtstertje  oprichtstertjes  oprichtte  oprichtten

29 definities gevonden

• heropricht — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van heroprichten#gebiedende wijs…
• heroprichten — w. Overgankelijk een niet meer bestaande organisatie weer in het leven roepen.
• heroprichtend — w. Onvoltooid deelwoord van heroprichten.
• heroprichtende — w. Verbogen vorm van heroprichtend, het onvoltooid deelwoord van heroprichten.
• heroprichting — n. Het opnieuw in het leven roepen van een organisatie die eerder…
• heroprichtingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord heroprichting.
• heroprichtte — w. Enkelvoud verleden tijd van heroprichten.
• heroprichtten — w. Meervoud verleden tijd van heroprichten.
• opricht — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprichten. — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprichten. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oprichten.
• oprichten — w. Overgankelijk in verticale stand brengen. — w. Overgankelijk een instelling in het leven roepen.
• oprichtend — w. Onvoltooid deelwoord van oprichten.
• oprichtende — w. Verbogen vorm van oprichtend, het onvoltooid deelwoord van oprichten.
• oprichter — n. (Handel) iemand die een activiteit is gestart. — n. Aanstichter, grondlegger, grondvester, stamvader.
• oprichters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oprichter.
• oprichtertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oprichter.
• oprichtertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord oprichter.
• oprichting — n. Het begin van iets, het gaan staan van iets. — n. Stichting, vestiging, erectie, verheffing.
• oprichtingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oprichting.
• oprichtster — n. Vrouwelijke vorm van oprichter.
• oprichtsters — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oprichtster.
• oprichtstertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oprichtster.
• oprichtstertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord oprichtster.
• oprichtte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van oprichten.
• oprichtten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van oprichten.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 12 woorden
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: 3 woorden
• Duits WikiWoordenboek: geen woord
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.