|
Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 8 9 10 11 12 13 15 17 18 19 20
Er zijn 25 woorden bevattend met ORHANdoorhang doorhangen doorhangend doorhangende doorhangt knorhanen moderatorhandeling moderatorhandelingen motorhandschoen motorhandschoenen motorhandschoentje motorhandschoentjes oorhanger oorhangers oorhangertje oorhangertjes voorhand voorhanden voorhandje voorhandjes voorhang voorhangen voorhangend voorhangende voorhangt 34 definities gevonden- doorhang — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorhangen.
- doorhangen — w. Onovergankelijk door het eigen gewicht doorbuigen of uitzakken.
- doorhangend — w. Onvoltooid deelwoord van doorhangen.
- doorhangende — w. Verbogen vorm van doorhangend, het onvoltooid deelwoord van doorhangen.
- doorhangt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorhangen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorhangen.
- knorhanen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord knorhaan.
- moderatorhandeling — n. (Wikitaal) een handeling van een moderator, zoals het blokkeren…
- moderatorhandelingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord moderatorhandeling.
- motorhandschoen — n. (Kleding) speciale handschoen voor motorrijders.
- motorhandschoenen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord motorhandschoen.
- motorhandschoentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord motorhandschoen.
- motorhandschoentjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord motorhandschoen.
- oorhanger — n. Sieraad dat men aan de oorlel hangt.
- oorhangers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oorhanger.
- oorhangertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oorhanger.
- oorhangertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord oorhanger.
- voorhand — n. (Anatomie) het voorste gedeelte van een hand. — n. (Sport) een voorwaartse slag met bijv. een tennisracket. — n. (Paardrijden) het voorste gedeelte van een paard.
- voorhanden — bijv. Beschikbaar, voorradig. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord voorhand.
- voorhandje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord voorhand.
- voorhandjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord voorhand.
- voorhang — n. Gordijn dat dient om twee ruimtes van elkaar af te scheiden. — n. Controleprocedure voor het parlement bij het delegeren van… — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorhangen.
- voorhangen — w. In het zicht van iemand iets ophangen. — w. (Figuurlijk) in het vooruitzicht stellen; iets beloven. — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord voorhang.
- voorhangend — w. Onvoltooid deelwoord van voorhangen.
- voorhangende — w. Verbogen vorm van voorhangend, het onvoltooid deelwoord van voorhangen.
- voorhangt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorhangen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorhangen.
Zie deze lijst voor:- Engels WikiWoordenboek: 15 woorden
- Frans WikiWoordenboek: 7 woorden
- Spaans WikiWoordenboek: 1 woord
- Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
- Duits WikiWoordenboek: 100 woorden
- Portugees WikiWoordenboek: geen woord
| |