Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een zevende letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  7  8  9  10  11  12  13  14  15  16  17

Er zijn 22 woorden bevattend met OORTEL

geboorteland  geboortelanden  geboortelandje  geboortelandjes  geboortelepel  geboortelepels  geboortelepeltje  geboortelepeltjes  geboorteletsel  oortelefoon  oortelefoons  oortelefoontje  oortelefoontjes  soortelijk  soortelijk␣gewicht  voortel  voortelde  voortelden  voortellen  voortellend  voortellende  voortelt

23 definities gevonden

• geboorteland — n. Het land waarin men geboren is.
• geboortelanden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord geboorteland.
• geboortelandje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord geboorteland.
• geboortelandjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord geboorteland.
• geboortelepel — n. Een lepel die wordt gegeven ter gelegenheid van de geboorte van een kind.
• geboortelepels — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord geboortelepel.
• geboortelepeltje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord geboortelepel.
• geboortelepeltjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord geboortelepel.
• geboorteletsel — n. Letsel ontstaan tijdens de geboorte.
• oortelefoon — n. (Elektrotechniek) hoofdtelefoon, koptelefoon.
• oortelefoons — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oortelefoon.
• oortelefoontje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oortelefoon.
• oortelefoontjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord oortelefoon.
• soortelijk — bijv. Typisch voor een bepaald soort materiaal, eigen aan de soort.
• soortelijk␣gewicht — fr. (Natuurkunde) (scheikunde) (van een homogeen materiaal:) een…
• voortel — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortellen.
• voortelde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van voortellen.
• voortelden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van voortellen.
• voortellen — w. Voor de ogen van de ontvanger tellend overhandigen.
• voortellend — w. Onvoltooid deelwoord van voortellen.
• voortellende — w. Verbogen vorm van voortellend, het onvoltooid deelwoord van voortellen.
• voortelt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortellen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voortellen.

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.