Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zevende letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Er zijn 23 woorden bevattend met OORZAKdoeloorzaken doodsoorzaken doorzak doorzakken doorzakkend doorzakkende doorzakt doorzakte doorzakten hoofdoorzaken oorzakelijk oorzakelijkheden oorzakelijkheid oorzaken stofoorzaken veroorzaken veroorzakend veroorzakende veroorzaker veroorzakers veroorzakertje veroorzakertjes ziekteoorzaken 25 definities gevonden- doeloorzaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord doeloorzaak.
- doodsoorzaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord doodsoorzaak.
- doorzak — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorzakken.
- doorzakken — w. Met anderen tot laat veel (alcohol) drinken. — w. Onder een groot gewicht bezwijken.
- doorzakkend — w. Onvoltooid deelwoord van doorzakken.
- doorzakkende — w. Verbogen vorm van doorzakkend, het onvoltooid deelwoord van doorzakken.
- doorzakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorzakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorzakken.
- doorzakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doorzakken.
- doorzakten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van doorzakken.
- hoofdoorzaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord hoofdoorzaak.
- oorzakelijk — bijv. De oorzaak van iets in zich sluitend.
- oorzakelijkheden — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oorzakelijkheid.
- oorzakelijkheid — n. Verband tussen oorzaak en gevolg.
- oorzaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oorzaak.
- stofoorzaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord stofoorzaak.
- veroorzaken — w. Overgankelijk de oorzaak zijn van; een gevolg tot stand brengen.
- veroorzakend — w. Onvoltooid deelwoord van veroorzaken.
- veroorzakende — w. Verbogen vorm van veroorzakend, het onvoltooid deelwoord van veroorzaken.
- veroorzaker — n. Iets of iemand die de oorzaak van iets (slechts) is.
- veroorzakers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord veroorzaker.
- veroorzakertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord veroorzaker.
- veroorzakertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord veroorzaker.
- ziekteoorzaken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord ziekteoorzaak.
|