Lijst met woorden van 7 letters bevattend met Snelle modus Klik om een vierde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 25 woorden van zeven letters bevattend met POLapoloog dipolen graspol Leopold Polaris polders poldert poleert polenta poleren poliert polijst polisje politie pollens pollers poloden poloënd polsdik polsend polsjes polstas polsten polster Tripoli 37 definities gevonden- apoloog — n. Anekdote met een moraal.
- dipolen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord dipool.
- graspol — n. Samengegroeid klompje gras.
- Leopold — eig. (Mannelijke naam) jongensnaam.
- Polaris — eig. (Astronomie) de zwakke ster die ongeveer in het verlengde…
- polders — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord polder.
- poldert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polderen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polderen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van polderen.
- poleert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van poleren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van poleren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van poleren.
- polenta — n. (Voeding) een traditioneel Noord-Italiaans gerecht gemaakt…
- poleren — w. Polijsten. — w. Glad uitboren (Geweerlopen etc.). — w. Met een doek opwrijven (horeca).
- poliert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polieren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van polieren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van polieren.
- polijst — w. Enkelvoud tegenwoordige tijd van polijsten#gebiedende wijs van polijsten.
- polisje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord polis.
- politie — n. (Historisch) stadsbestuur. — n. (Ordehandhaving) (beroep) een overheidsdienst die belast is… — n. (Spreektaal), (beroep) ambtenaar bij de politie.
- pollens — tuss. (Krachtterm) uitroep van verbaasde ergernis.
- pollers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord poller.
- poloden — w. Meervoud verleden tijd van poloën.
- poloënd — w. Onvoltooid deelwoord van poloën.
- polsdik — bijv. Zo dik als de pols van een mens.
- polsend — w. Onvoltooid deelwoord van polsen.
- polsjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord pols.
- polstas — n. Een kleine tas die met een lus om de pols wordt gedragen.
- polsten — w. Meervoud verleden tijd van polsen.
- polster — n. Wandelstaf. — n. Polsstok. — n. Klein vaartuig dat men met een boom voortduwt.
- Tripoli — eig. (Toponiem) de hoofdstad van Libië.
Zie deze lijst voor:
|