Lijst met woorden van 7 letters bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  4  5  6  7  8  9  10  11  12  13

Er zijn 20 woorden van zeven letters bevattend met PAKT

aanpakt  afpakte  bepakte  herpakt  inpakte  meepakt  ompakte  oppakte  pakt␣aan  pakte␣af  pakte␣in  pakte␣om  pakte␣op  pakt␣mee  paktouw  pakt␣uit  pakt␣weg  uitpakt  verpakt  wegpakt

36 definities gevonden

• aanpakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpakken.
• afpakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afpakken.
• bepakte — w. Enkelvoud verleden tijd van bepakken.
• herpakt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herpakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herpakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van herpakken.
• inpakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inpakken.
• meepakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meepakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meepakken.
• ompakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van ompakken.
• oppakte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van oppakken.
• pakt␣aan — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanpakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanpakken.
• pakte␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afpakken.
• pakte␣in — w. Enkelvoud verleden tijd van inpakken.
• pakte␣om — w. Enkelvoud verleden tijd van ompakken.
• pakte␣op — w. Enkelvoud verleden tijd van oppakken.
• pakt␣mee — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meepakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meepakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van meepakken.
• paktouw — n. Touw dat men gebruikt om iets in te pakken.
• pakt␣uit — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitpakken.
• pakt␣weg — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegpakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegpakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van wegpakken.
• uitpakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitpakken.
• verpakt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verpakken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verpakken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verpakken.
• wegpakt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegpakken. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wegpakken.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 2 woorden
• Frans WikiWoordenboek: geen woord
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: 4 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: geen woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.