Lijst met woorden bevattend met

  Snelle modus

Klik om een vijfde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetisch  Allemaal op maat  5  6  7  8  9  10  11  12  16

Er zijn 24 woorden bevattend met PLAP

oplap  ——  liplap  oplapt  paplap  ——  oplapte  stoplap  zuiplap  ——  oplappen  oplapten  ——  liplappen  oplappend  oplapwerk  paplappen  stoplapje  zuiplapje  ——  oplappende  stoplapjes  stoplappen  zuiplapjes  zuiplappen  ——  oplapwerken  oplapwerkje  ——  oplapwerkjes  ——  de␣poeplap␣trekken

32 definities gevonden

• oplap — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplappen.
• liplap — n. (Pejoratief) kleurling in Indonesië. — n. Vagebond. — n. Zachte merg van kokosnoten.
• oplapt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplappen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oplappen.
• paplap — n. (Militair) (schertsend) iemand van het medisch en verpleegkundig personeel. — n. (Scheepvaart) (schertsend) scheepsarts. — n. (Scheldwoord) bedrijfsarts of medisch verzorger.
• oplapte — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van oplappen.
• stoplap — n. (Huishouden) oefenlapje om te leren stoppen. — n. (Taalkunde) veelgebruikt maar nietszeggend woord (met name in dichtwerken). — n. Noodoplossing waarmee je veel problemen kunt ’oplossen’.
• zuiplap — n. (Pejoratief) iemand die voortdurend dronken is.
• oplappen — w. Zieke mensen en dieren verzorgen en genezen. — w. Dingen die kapot en versleten zijn repareren en weer mooi maken.
• oplapten — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van oplappen.
• liplappen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord liplap.
• oplappend — w. Onvoltooid deelwoord van oplappen.
• oplapwerk — n. Klungelige, onvoldoend grondige reparatie.
• paplappen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord paplap.
• stoplapje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stoplap.
• zuiplapje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord zuiplap.
• oplappende — w. Verbogen vorm van oplappend, het onvoltooid deelwoord van oplappen.
• stoplapjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord stoplap.
• stoplappen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord stoplap.
• zuiplapjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord zuiplap.
• zuiplappen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zuiplap.
• oplapwerken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord oplapwerk.
• oplapwerkje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord oplapwerk.
• oplapwerkjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord oplapwerk.
• de␣poeplap␣trekken — fr. (Zegswijze) ergens voor betalen, de portemonnee trekken.

Zie deze lijst voor:

• Engels WikiWoordenboek: 18 woorden
• Frans WikiWoordenboek: 124 woorden
• Spaans WikiWoordenboek: geen woord
• Italiaans WikiWoordenboek: geen woord
• Duits WikiWoordenboek: 118 woorden
• Portugees WikiWoordenboek: 1 woord

Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid. © Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.