Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 5 6 7 8 9 11 12 13 15 16 19
Er zijn 24 woorden bevattend met PUBElokpuber lokpubers peuterpuberteit plunderpuber plunderpubers puber puberaal puberachtig puberde puberden puberen puberend puberende pubers pubert puberteit puberteiten puberteitscrises puberteitscrisis puberteitscrisissen pubertijd pubertje pubertjes pubescent 30 definities gevonden- lokpuber — n. Puber die wordt ingezet om iemand te lokken b.v. iemand die…
- lokpubers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord lokpuber.
- peuterpuberteit — n. Fase waarin een peuter koppig en opstandig is zoals een puber.
- plunderpuber — n. Een jongere die samen met anderen winkels en bedrijven plundert.
- plunderpubers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord plunderpuber.
- puber — n. Iemand met de leeftijd tussen kind en adolescent. — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van puberen. — w. Gebiedende wijs van puberen.
- puberaal — bijv. Behorende tot, zich voordoend bij pubers. — bijw. Op puberale wijze.
- puberachtig — bijv. Gelijkend op, of eigenschappen hebbend van puber.
- puberde — w. Enkelvoud verleden tijd van puberen.
- puberden — w. Meervoud verleden tijd van puberen.
- puberen — w. Het opstandige gedrag van jongeren tegenover de gevestigde…
- puberend — w. Onvoltooid deelwoord van puberen.
- puberende — w. Verbogen vorm van puberend, het onvoltooid deelwoord van puberen.
- pubers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord puber.
- pubert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van puberen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van puberen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van puberen.
- puberteit — n. (Medisch) het proces van seksuele rijping van kind naar volwassene…
- puberteiten — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord puberteit.
- puberteitscrises — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord puberteitscrisis.
- puberteitscrisis — n. (Psychologie) (medisch) identiteitscrisis tijdens de puberteit.
- puberteitscrisissen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord puberteitscrisis.
- pubertijd — n. De tijd waarin iemand de puberteit ondergaat.
- pubertje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord puber.
- pubertjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord puber.
- pubescent — bijv. In de puberteit verkerend. — bijv. (Beschrijvende plantkunde) behaard.
Zie deze lijst voor:
|