|
Lijst met woorden van 12 letters bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Er zijn 23 woorden van twaalf letters bevattend met PREKEaansprekende buiksprekend buiksprekers donderpreken doorsprekend gastsprekers kwaadspreken kwaadspreker luidsprekers missprekende nabesprekend rechtspreken spreken␣kwaad spreken␣recht spreken␣tegen tegenspreken toesprekende uitsprekende versprekende voorsprekend vrijsprekend weersprekend zedenprekers 23 definities gevonden- aansprekende — w. Verbogen vorm van aansprekend, het onvoltooid deelwoord van aanspreken.
- buiksprekend — w. Onvoltooid deelwoord van buikspreken.
- buiksprekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord buikspreker.
- donderpreken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord donderpreek.
- doorsprekend — w. Onvoltooid deelwoord van doorspreken.
- gastsprekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord gastspreker.
- kwaadspreken — w. Inergatief ~ van: iets of iemand ten onrechte op een slechte…
- kwaadspreker — n. Iemand die kwaadspreekt.
- luidsprekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord luidspreker.
- missprekende — w. Verbogen vorm van missprekend, het onvoltooid deelwoord van misspreken.
- nabesprekend — w. Onvoltooid deelwoord van nabespreken.
- rechtspreken — w. (Juridisch) onovergankelijk een gerechtelijke uitspraak doen.
- spreken␣kwaad — w. Meervoud tegenwoordige tijd van kwaadspreken.
- spreken␣recht — w. Meervoud tegenwoordige tijd van rechtspreken.
- spreken␣tegen — w. Meervoud tegenwoordige tijd van tegenspreken.
- tegenspreken — w. Zich met woorden verzetten.
- toesprekende — w. Verbogen vorm van toesprekend, het onvoltooid deelwoord van toespreken.
- uitsprekende — w. Verbogen vorm van uitsprekend, het onvoltooid deelwoord van uitspreken.
- versprekende — w. Verbogen vorm van versprekend, het onvoltooid deelwoord van verspreken.
- voorsprekend — w. Onvoltooid deelwoord van voorspreken.
- vrijsprekend — w. Onvoltooid deelwoord van vrijspreken.
- weersprekend — w. Onvoltooid deelwoord van weerspreken.
- zedenprekers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zedenpreker.
| |