Woordenlijsten Zoek woorden

Lijst met woorden bevattend met

Snelle modus

Klik om een zesde letter toe te voegen

Klik om de laatste letter te verwijderen

Klik om de woordgrootte te wijzigen
Allemaal alfabetischAllemaal op maat67891011121315


Er zijn 25 woorden bevattend met PIJNI

pijnig  ——  pijnigt  ——  afpijnigpijnig␣afpijnigdepijnigenpijniger  ——  afpijnigtpijnigdenpijnigendpijnigerspijnigingpijnigt␣af  ——  afpijnigdeafpijnigenpijnigde␣afpijnigen␣afpijnigende  ——  afpijnigdenafpijnigendpijnigden␣afpijnigingen  ——  afpijnigende  ——  zelfpijniging  ——  zelfpijnigingen

34 definities gevonden

  • pijnig — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pijnigen. — w. Gebiedende wijs van pijnigen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pijnigen.
  • pijnigt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pijnigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pijnigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van pijnigen.
  • afpijnig — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen.
  • pijnig␣af — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen. — w. Gebiedende wijs van afpijnigen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen.
  • pijnigde — w. Enkelvoud verleden tijd van pijnigen.
  • pijnigen — w. Overgankelijk het opzettelijk veroorzaken van pijn bij iemand; martelen.
  • pijniger — n. Iets of iemand die anderen pijn doet.
  • afpijnigt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen.
  • pijnigden — w. Meervoud verleden tijd van pijnigen.
  • pijnigend — w. Onvoltooid deelwoord van pijnigen.
  • pijnigers — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pijniger.
  • pijniging — n. De keer dat iemand veel pijn lijdt.
  • pijnigt␣af — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afpijnigen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van afpijnigen.
  • afpijnigde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van afpijnigen.
  • afpijnigen — w. Overgankelijk de geest zo hard gebruiken dat het heel vermoeiend is.
  • pijnigde␣af — w. Enkelvoud verleden tijd van afpijnigen.
  • pijnigen␣af — w. Meervoud tegenwoordige tijd van afpijnigen.
  • pijnigende — w. Verbogen vorm van pijnigend, het onvoltooid deelwoord van pijnigen.
  • afpijnigden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van afpijnigen.
  • afpijnigend — w. Onvoltooid deelwoord van afpijnigen.
  • pijnigden␣af — w. Meervoud verleden tijd van afpijnigen.
  • pijnigingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord pijniging.
  • afpijnigende — w. Verbogen vorm van afpijnigend, het onvoltooid deelwoord van afpijnigen.
  • zelfpijniging — n. Het zichzelf martelen.
  • zelfpijnigingen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord zelfpijniging.
Vorige lijstVolgende lijst
Willekeurig woordTerug naar boven


Ortograf Inc.Deze site maakt gebruik van computercookies, klik om meer te weten. Ons privacybeleid.
© Ortograf Inc. Website bijgewerkt op 23 juni 2023 (v-2.0.1z). Informatie & Contacten.