Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een vijfde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 9 10 11 12 13 14 18 20 21
Er zijn 25 woorden bevattend met RUBRactualiteitenrubriek advertentierubriek advertentierubrieken advertentierubriekje advertentierubriekjes rubricator rubricatoren rubricators rubricatortje rubricatortjes rubriceer rubriceerde rubriceerden rubriceert rubriceren rubricerend rubricerende rubriek rubrieken rubriekje rubriekjes taalrubriek taalrubrieken taalrubriekje taalrubriekjes 31 definities gevonden- actualiteitenrubriek — n. Een radio- of televisieprogramma waar de achtergronden van…
- advertentierubriek — n. Deel van een krant of tijdschrift waar advertenties voor gelijksoortige…
- advertentierubrieken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord advertentierubriek.
- advertentierubriekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord advertentierubriek.
- advertentierubriekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord advertentierubriek.
- rubricator — n. (Beroep) iemand die rubriceert. — n. (Beroep) tekenaar van beginletters (initialen) in middeleeuwse…
- rubricatoren — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord rubricator.
- rubricators — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord rubricator.
- rubricatortje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord rubricator.
- rubricatortjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rubricator.
- rubriceer — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rubriceren. — w. Gebiedende wijs van rubriceren. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rubriceren.
- rubriceerde — w. Enkelvoud verleden tijd van rubriceren.
- rubriceerden — w. Meervoud verleden tijd van rubriceren.
- rubriceert — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rubriceren. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rubriceren. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van rubriceren.
- rubriceren — w. Iets of iemand in een rubriek, categorie of klasse onderbrengen… — w. De beginletters (in middeleeuwse handschriften en drukken)…
- rubricerend — w. Onvoltooid deelwoord van rubriceren.
- rubricerende — w. Verbogen vorm van rubricerend, het onvoltooid deelwoord van rubriceren.
- rubriek — n. Deel van een boek, krant of tijdschrift.
- rubrieken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord rubriek.
- rubriekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord rubriek.
- rubriekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord rubriek.
- taalrubriek — n. Een vast onderdeel in een krant of tijdschrift waarin men taalkwesties…
- taalrubrieken — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord taalrubriek.
- taalrubriekje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord taalrubriek.
- taalrubriekjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord taalrubriek.
Zie deze lijst voor:
|