Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11
Er zijn 21 woorden bevattend met RLAADdoorlaad doorlaadde doorlaadden doorlaadt herlaad herlaadbaar herlaadde herlaadden herlaadt neerlaad neerlaadde neerlaadden neerlaadt overlaad overlaadde overlaadden overlaadt verlaad verlaadde verlaadden verlaadt 37 definities gevonden- doorlaad — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorladen.
- doorlaadde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van doorladen.
- doorlaadden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van doorladen.
- doorlaadt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorladen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorladen.
- herlaad — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herladen. — w. Gebiedende wijs van herladen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herladen.
- herlaadbaar — bijv. Opnieuw vol te maken (met elektrische energie).
- herlaadde — w. Enkelvoud verleden tijd van herladen.
- herlaadden — w. Meervoud verleden tijd van herladen.
- herlaadt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herladen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herladen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van herladen.
- neerlaad — w. (In een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerladen.
- neerlaadde — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van neerladen.
- neerlaadden — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van neerladen.
- neerlaadt — w. (In een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerladen. — w. (In een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van neerladen.
- overlaad — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overladen. — w. Gebiedende wijs van overladen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overladen.
- overlaadde — w. Enkelvoud verleden tijd van overladen. — w. (In een bijzin) enkelvoud verleden tijd van overladen.
- overlaadden — w. Meervoud verleden tijd van overladen. — w. (In een bijzin) meervoud verleden tijd van overladen.
- overlaadt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overladen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overladen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van overladen.
- verlaad — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verladen. — w. Gebiedende wijs van verladen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verladen.
- verlaadde — w. Enkelvoud verleden tijd van verladen.
- verlaadden — w. Meervoud verleden tijd van verladen.
- verlaadt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verladen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verladen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verladen.
|