Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 6 7 8 9 10 11 12 14 15 16 17 19 20
Er zijn 25 woorden bevattend met ROEFEdroefenis droefenissen luisteroefening luisteroefeningen luisteroefeningetje luisteroefeningetjes oenberoefen onberoefen partneroefening partneroefeningen partneroefeningetje partneroefeningetjes proefexamen proefexamens proefexamentje proefexamentjes roefel roefelde roefelden roefelen roefelend roefelende roefelt vingeroefening vingeroefeningen 32 definities gevonden- droefenis — n. Trieste, verdrietige stemming.
- droefenissen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord droefenis.
- luisteroefening — n. (Onderwijs) een opgave tijdens een les of cursus om de vaardigheid…
- luisteroefeningen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord luisteroefening.
- luisteroefeningetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord luisteroefening.
- luisteroefeningetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord luisteroefening.
- oenberoefen — tuss. (Jiddisch-Hebreeuws) afkloppen!
- onberoefen — tuss. (Jiddisch-Hebreeuws) afkloppen!
- partneroefening — n. (Sport)oefening die je samen met iemand anders uitvoert.
- partneroefeningen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord partneroefening.
- partneroefeningetje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord partneroefening.
- partneroefeningetjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord partneroefening.
- proefexamen — n. (Onderwijs) een examen dat men kan men afleggen als voorbereiding… — n. Oefenexamen.
- proefexamens — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord proefexamen.
- proefexamentje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord proefexamen.
- proefexamentjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord proefexamen.
- roefel — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van roefelen. — w. Gebiedende wijs van roefelen. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van roefelen.
- roefelde — w. Enkelvoud verleden tijd van roefelen.
- roefelden — w. Meervoud verleden tijd van roefelen.
- roefelen — w. Rommelen. — w. Slordig werken.
- roefelend — w. Onvoltooid deelwoord van roefelen.
- roefelende — w. Verbogen vorm van roefelend, het onvoltooid deelwoord van roefelen.
- roefelt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van roefelen. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van roefelen. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van roefelen.
- vingeroefening — n. Het oefenen van een vaardigheid in het algemeen. — n. Het oefenen van de vingers, zoals bij pianospelen.
- vingeroefeningen — n. Meervoud van het zelfstandig naamwoord vingeroefening.
|