Lijst met woorden bevattend met Snelle modus Klik om een zesde letter toe te voegen
Klik om de laatste letter te verwijderen
Klik om de woordgrootte te wijzigen Allemaal alfabetisch Allemaal op maat 7 8 9 10 11 12 13 14
Er zijn 22 woorden bevattend met RZAAKcomputerzaak doeloorzaak doeloorzaakje doeloorzaakjes doodsoorzaak hoofdoorzaak huurzaak huurzaakje huurzaakjes oorzaak stofoorzaak stofoorzaakje stofoorzaakjes veroorzaak veroorzaakt veroorzaakte veroorzaakten verzaak verzaakt verzaakte verzaakten ziekteoorzaak 31 definities gevonden- computerzaak — n. (Handel) winkel waar men computerapparatuur en computerbenodigdheden…
- doeloorzaak — n. (Filosofie) een oorzaak die gericht is op een specifiek doel;…
- doeloorzaakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord doeloorzaak.
- doeloorzaakjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord doeloorzaak.
- doodsoorzaak — n. Datgene wat iemands dood veroorzaakt heeft.
- hoofdoorzaak — n. De belangrijkste oorzaak van iets.
- huurzaak — n. (Juridisch) een geschil dat over het huren van iets (meestal…
- huurzaakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord huurzaak.
- huurzaakjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord huurzaak.
- oorzaak — n. Datgene wat noodzakelijk en voldoende is om een zeker gevolg te hebben.
- stofoorzaak — n. (Filosofie) de stof waaruit een voorwerp ontstaan is en die…
- stofoorzaakje — n. Verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stofoorzaak.
- stofoorzaakjes — n. Verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord stofoorzaak.
- veroorzaak — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van veroorzaken. — w. Gebiedende wijs van veroorzaken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van veroorzaken.
- veroorzaakt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van veroorzaken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van veroorzaken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van veroorzaken.
- veroorzaakte — w. Enkelvoud verleden tijd van veroorzaken. — w. Verbogen vorm van veroorzaakt, voltooid deelwoord van veroorzaken.
- veroorzaakten — w. Meervoud verleden tijd van veroorzaken.
- verzaak — w. Eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzaken. — w. Gebiedende wijs van verzaken. — w. (Bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzaken.
- verzaakt — w. Tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzaken. — w. Derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verzaken. — w. (Verouderd) gebiedende wijs meervoud van verzaken.
- verzaakte — w. Enkelvoud verleden tijd van verzaken.
- verzaakten — w. Meervoud verleden tijd van verzaken.
- ziekteoorzaak — n. (Medisch) factor die ervoor zorgt dat een organisme ziek wordt.
|